Categoriearchief: Interviews

REDACTIE KINDEREN VAN VERZET

Hugo Wapperom, klinisch psycholoog en zoon van een Haagse verzetsman zoekt en vindt een antwoord op de vraag: wat zou er met je kunnen gebeuren als je als vrij man de dodencel hebt verlaten?
De auteur zoekt naar de voor de lezer zo volledig mogelijke werkelijkheid. Hij vertelt het ‘kleine verhaal’ , dat van zijn ouders, binnen het grote verhaal, dat van het land in crisistijd. Beschreven wordt de periode van de jaren dertig tot vijftig, tegen de achtergrond van intriges, waarin bekende historische figuren hun geheime agenda najagen. In zijn roman doemt een fascinerende wereld op waar niets meer is wat het lijkt, waar de scheidslijn tussen goed en fout vervaagt.”

Ruud Knispel – Intriges en liefde in De Spinvlieg

Hugo Wapperom schreef het boek De Spinvlieg, over zijn vader Piet Wapperom, leider van het Haagse verzet tijdens WO II. “Het is zware kost, het gaat over de oorlog. Het is ook een roman over liefde, het leven. Het is vanuit de mens geschreven.” Mag De Spinvlieg mee op vakantie? “Ik zeg met overtuiging ‘ja’ omdat het een spannend verhaal is,” zegt Wapperom in zijn zonovergoten achtertuin in de Galileïstraat. Zijn vader streed als leider van de Haagse Sabotagegroep tegen de nazi’s. Toch werd hij na de oorlog beticht van heulen met de vijand. “Een groot drama voor mijn vader die een belangrijk verzetsman was”, zegt zoon Hugo. “Hij heeft na de oorlog twee jaar in de gevangenis in Duindorp gezeten!”
Wapperom schreef het persoonlijke verhaal op basis van een kistje met paperassen van zijn vader én een briefwisseling tussen zijn ouders. Daarnaast is er ‘het grote verhaal’, over de opstelling van Nederland tijdens WO II. “Je leert mensen kennen als ze boos zijn. Dat geldt ook voor een land!” Hij is in De Spinvlieg kritisch over de opstelling van de Nederlanders tegenover de nazi’s. “Wij waren toch zo fantastisch? Ik zet in mijn boek een schijnwerper op allerlei gebeurtenissen. En je kunt rustig stellen dat de ambtenarij in Nederland neigde naar het nazisme.” Ook over de rol van Koningin Wilhelmina die in de geschiedschrijving wordt neergezet “als een stevige tante”, is Wapperom kritisch. “Daar denk ik dus heel anders over.”
Maar De Spinvlieg is niet bedoeld als geschiedkundig standaardwerk dat de kijk op ‘onze rol’ tijdens WO II verandert. “Nee hoor”, lacht Wapperom. “Op dat punt zit ik niet te wachten op spektakel, de meeste feiten die ik noem waren al wel bekend. Hoe ik de samenhang tussen die gebeurtenissen opschrijf, met op de voorgrond het verhaal hoe het met mijn vader allemaal in godsnaam heeft kunnen gebeuren, dat is wel spectaculair.”

Hugo Wapperom

Wapperom: “Als schrijver leer je je land kennen! Een land dat, ook nu weer als het gaat over Noord-Afrikanen die opkomen voor de democratie, te snel in de diplomatieke modus schiet. Niet zoals Frankrijk en Engeland een eigen standpunt in neemt.” Ook het fascistische zoals dat, vindt Wapperom, in Nederland de kop opsteekt, komt als thema terug in De Spinvlieg. “Nederlanders moeten zich zo gedragen, er zo uitzien, liefst allemaal hetzelfde hoofd hebben. Dat is lekker makkelijk”, zegt Wapperom. “Ik stel in mijn boek die grijze massaliteit juist tegenover de kwaliteit van kleinschaligheid. Je mag wel trots zijn op je land, maar kijk alsjeblieft iets verder dan je eigen cultuur.”

Simone Bergmann – “Democratie is iets wat je doorgeeft”

‘Mijn boek ‘De Spinvlieg’ is een spannende detective, geen ‘droog’ geschiedenisboek,” zegt schrijver Hugo Wapperom. “Het is een zoektocht naar ‘de waarheid’.” Op 5 mei is Hugo een van de sprekers tijdens Bevrijdingsfestival Den Haag (Centrale Bibliotheek). Hij zal het publiek vertellen over zijn debuutroman, waarin zijn eigen vader de hoofdpersonage is; een Haagse verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. “Het is een persoonlijk, waargebeurd verhaal over liefde, verzet en verraad aan de hand van authentieke brieven. Daarnaast heb ik ook veel research over de oorlog gedaan in meerdere archieven.”

Hugo Wapperom

Hugo is geboren in de Vreeswijkstraat in Den Haag. “Mijn jeugd speelde zich vooral af op straat; ik was een echte nozem.” (Lacht) “Ja, ik voldeed helemaal aan het stereotype beeld; géén effen schoenen, maar zwart-witte en smalle pijpen in plaats van wijde. Ik ben ook een tijdje meegegaan in de provobeweging.” Hugo heeft dus altijd al een sterk ‘vrijheidsgevoel’ gehad: “Democratie is iets wat je doorgeeft. Vooral kleinschaligere organisaties kunnen daarin veel betekenen. Politici natuurlijk ook, maar die zitten in een spagaat. Aan de ene kant het volk aanspreken om stemmen te winnen, aan de andere kant binnen die massa de ‘kleinschaligheid’ organiseren. Hij of zij moet dus twee ‘talen’ kunnen spreken; dat botst. Hoe dan ook, de mens is een sociaal dier; hoe dichter je bij elkaar staat hoe beter je elkaar leert kennen. Democratie, de ‘kwaliteit’ daarvan, is iets waar je volgens mij elke dag mee bezig zou moeten zijn. Niet alleen tijdens bijvoorbeeld de verkiezingen. Democratie is als een ‘plantje’ dat alleen blijft leven als je het water geeft.”

Het schrijven van het boek bleek voor Hugo een ‘fascinerende reis’. “Wat ik zelf heb geleerd van het verhaal van mijn vader is dat je jezelf niet steeds moet richten op hoe het, volgens anderen, ‘hoort’ te zijn. Belangrijker is: hoe zie je het leven zelf? Kom hoe dan ook altijd terug op waar je zelf voor staat. Geloof niet alles wat je leest of hoort. (Glimlacht) Ook niet over de oorlogsgeschiedenis… Vorm je eigen mening, zonder angst.”

De Vreeswijkstraat, op de hoek van de Leyweg, speelt overigens ook een belangrijke rol in Hugo’s boek. Hier werden razzia’s gehouden en geprobeerd om zijn vader te liquideren. Leden van de verzetseenheid waar zijn vader leiding aan gaf zijn op de Waalsdorpervlakte door de Duitsers geëxecuteerd. De indringende vraag rijst daarbij waarom zijn vader, de verzetsleider, níet. Was hij nu een held of…?Krant

Aad van Schie – Literaire Sporen – De Spinvlieg door Hugo Wapperom

Hoe is het mogelijk? Op de dag dat onze vorstin bekend maakt tot abdicatie over te gaan en in dat verband ook het portret van onze oude vorstin Wilhelmina weer in de kranten verschijnt, begin ik mijn artikel in deze reeks over De spinvlieg, een roman van de hand van Hugo Wapperom, de zoon van een communistische verzetsstrijder woonachtig in de Galileistraat.

Hoe is het mogelijk? Op de dag dat onze vorstin bekend maakt tot abdicatie over te gaan en in dat verband ook het portret van onze oude vorstin Wilhelmina weer in de kranten verschijnt, begin ik mijn artikel in deze reeks over De spinvlieg, een roman van de hand van Hugo Wapperom, de zoon van een communistische verzetsstrijder woonachtig in de Galileistraat.

Deze complexe roman schetst de belevenissen van de verzetsman Piet Wapperom in de jaren tijdens en direct na de Tweede Wereldoorlog. Dit boek geeft ook een genadeloos verslag van de machinaties van de vooroorlogse politieke en ambtelijke elite inclusief onze oude vorstin Wilhelmina en haar ‘kleurrijke’ schoonzoon Bernard om na de oorlog een autoritair bewind te vestigen, waarbij de bevolking geen inspraak zou krijgen.

Opvallend hierbij is vooral dat diverse van deze hoge figuren, die tijdens de bezetting buitengewoon dubieuze rollen vervulden in de naoorlogse jaren gewoon aan de touwtjes van de politieke, ambtelijke en rechterlijke macht bleven trekken. De leiding van de Communistische partij Nederland blies hierbij overigens ten gunste van haar eigen positie in het politiek landschap van de jaren na de oorlog haar partijtje danig mee. Piet Wapperom die in de oorlog betrokken was bij diverse communistische verzetsacties in Den Haag kwam door deze politieke spelletjes in een benarde positie terecht: hij werd opgesloten in Concentratiekamp Duindorp en later in de Cellenbarakken van Scheveningen alvorens hij ruim twee jaar later weer in de schoot van zijn familie werd opgenomen.

Zijn zoon Hugo kreeg onverwachts van zijn broer een kist met de correspondentie van zijn ouders gedurende deze detentiejaren en besloot met deze schat in handen een roman te componeren. Hugo Wapperom is geboren in 1944 als het tweede kind van het echtpaar Piet en Kitty Wapperom in een portiekwoning aan de Vreeswijkstraat. Hugo, grootgebracht met verhalen en altijd betrokken op teksten, is pas laat tot het schrijverschap gekomen. Na de Mulo werkte hij onder meer als glazenwasser en als sjouwer bij Wilton Feijenoord alvorens hij een studie chemische techniek en daarna klinische psychologie voltooide. Hij is werkzaam geweest als psychotherapeut en als organisatiekundige. Verder was hij catcher van het hoofdklasse honkbalteam en later coach van dit team.

Als jongetje werd hij gefascineerd door de verhalen die zijn vader vertelde: ‘Pa is er niet voor gaan zitten om mij in mijn jonge jaren, zijn verhaal over de oorlog te vertellen. En toch, verhalen vertellen deed hij graag. Ik was vier, vijf jaar en vond ze prachtig. Mogelijk had hij in die angstige oorlogstijd, zittend onder de grond, zijn fantasie tot ontwikkeling gebracht, kon hij zo spelen met gedachten dat ze hem brachten waar hij wilde zijn.’ Verderop: ‘Prachtige verhalen liet hij ontstaan, alleen voor mij bestemd. Het verbaast me, net als toen, hoe hij met woorden de fraaiste kleinigheden schetste. Nauwgezet vertelde hij: langzaam liet hij me het pakpapier scheuren dat om de woorden en zinnen zat, die hij, in hun verborgen gedaanten, uit zijn mond liet ontsnappen zodat de gebeurtenis waarover hij vertelde ons min of meer gezamenlijk overkwam.’

Deze passage geeft een indruk van de inzet waarmee en de stijl waarin dit monumentale boek geschreven is. Al lezend wordt mij steeds meer duidelijk dat dit voor hem een verhaal is dat noodzakelijk geschreven moest worden. Het boek start met het indrukwekkende verhaal over de eerste drie dagen van de oorlog als Piet ten strijde trekt tegen ‘Het Beest’. Vervolgens wordt een caleidoscopisch beeld geschetst van de verzetsdaden, van de historische achtergrond en van de jeugd van Hugo zelf. De brieven van Piet en zijn vrouw Kitty aan elkaar zijn zowel ontroerend als onthullend: wat een liefde voor elkaar en wat een doorzettingsvermogen soms tegen beter weten in. Een voorbeeld uit een brief van 22 september uit Concentratiekamp Duindorp van Piet aan zijn vrouw: ‘Gelukkig voel ik me gesteund door een bijzonder mens, een SS ’er. Wonderwel beschouw ik hem nu als moreel sterk ontwikkeld.’ Verderop: ‘Weinig gezinnen zijn zo fraai in harmonie als dat van hem. Hij laat me de brieven lezen die zijn vrouw en kinderen hem met regelmaat schrijven. Zijn ouders zijn van Duitse afkomst, het is dus niet zo vreemd dat hij sympathiseert met zijn volk. Eindelijk heb ik in hem iemand die me begrijpt, met wie ik ook over mijn moeilijkheden praat.’

Een prachtig voorbeeld van open staan voor de menselijkheid van elk individu. Dit neemt niet weg dat in deze briefwisseling ook regelmatig de wanhoop toe slaat over de aperte onrechtvaardigheid van zijn behandeling door de naoorlogse machthebbers.

Het persoonlijke verhaal tekent zich af tegen een achtergrond waarin ook sociologische en geschiedkundige beschouwingen van de historicus Frank Kortweg, een aanhanger van de grote historicus Pieter Geyl: ‘Niks patroon, niks onvermijdelijk verloop, de geschiedenis zoekt haar weg op grillige en willekeurige wijze.’ Deze passages verschaffen de ondergrond voor het relaas over Piet Wapperom, maar vragen soms wel om een bijna studerende leeswijze.
De teksten van Hugo zelf en die van zijn ouders spreken me toch het meeste aan al begrijp ik de noodzaak van de historische en analytische inkleding wel.

De Spinvlieg is een roman waar je tijd in moet steken, maar dan houd je wel een intrigerend beeld over van de maatschappelijke jungle waarin ons land verkeerde in deze jaren plus natuurlijk een ontroerende inkijk in het bestaan van de ouders van Hugo, die als sterke individuen heen en weer geslingerd worden door de maalstroom van de oorlogstijd. Na een lange speurtocht door de brieven en archieven ontdekt Hugo de redenen van de opsluiting van zijn vader.

De beelden van het web en de vlieg zijn sterke symbolen voor dit relaas en keren dan ook in diverse passages in het boek terug. Een citaat hierover tot slot: ‘Me bewegend door de dagen van vroeger zie ik me soms uitvoerig een gedroogde vlieg, geplakt aan het rag van een door een spin verlaten web, bestuderen; zoals Pa dat voor de oorlog mogelijk deed met zijn geschriften van de Duitse filosoof Karl Marx, die erop wijst dat de dominante ideeën van de heersende klasse de ideeën zijn die de belangen van die klasse dienen.’ Eind 2013 verschijnt de tweede oplage.

Mogelijk wordt het boek over een aantal jaren verfilmd en dan ga ik die zeker bekijken.

Wie fout was in de oorlog, kreeg erna de macht – Maja Landeweer (AD)

‘Wie fout was in de oorlog, kreeg erna de macht’

De roman De Spinvlieg vertelt de geschiedenis van een Haagse verzetsstrijder in de Tweede Wereldoorlog. Schrijver en psycholoog Hugo Wapperom baseerde het boek op het levensverhaal van zijn eigen vader.   

Wie was uw vader?

„Hij was een heel aardige, lieve man, die in de oorlogsjaren met een pistool rondliep.
Hij gaf leiding aan het verzet in Den Haag. Tot twee keer toe is hij tot de dood veroordeeld,
maar wonderlijk genoeg heeft hij de oorlog als enige van zijn sabotage groep overleefd.
Dat maakt zijn verhaal ook wel bijzonder.’’   Was hij een held?
„Hij hield niet zo van dat woord en ik ook niet, maar het is wel het woord dat mensen gebruiken. Ja dus.’’  

Waarom heeft u gekozen voor de roman vorm om de geschiedenis van uw vader te vertellen?\

„Er zijn vele meters boeken geschreven over de Tweede Wereldoorlog. En niemand die
dat nog leest. Via een roman trek je lezers mee het verhaal in. Ook is het mijn uitgangspunt als psycholoog om het verhaal vanuit de mens te vertellen en niet vanuit de geschiedkundige gebeurtenissen.’’  

De geschiedkundige Gerard Aalders van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie prijst uw boek, vooral ook de beschrijving van ‘die rare, bizarre eerste jaren na de oorlog,waarover tot dusver bitter weinig is geschreven’. Was dat zo’n rare tijd, vlak na de bevrijding?

„Het gekke was dat niet de verzetsmensen, maar juist de mensen die sympathiseerden met de nazi’s de touwtjes in handen kregen. Op een heel subtiele manier, dat wel. Die hele ontwikkeling probeer ik bloot te leggen.’’   Komt u verder nog met nieuwe inzichten?
„Ik ben daar niet de eerste in, maar ik laat zien dat koningin Wilhelmina helemaal niet zo’n stevige tante was. In plaats van een steun te zijn, liep ze de ministers behoorlijk in de weg. Uit een soort bangig gevoel om de controle kwijt te raken.’’